20 Geluk

dit is een persoonlijke samenvatting

Geluk

Geluk is onderdeel van subjectief welbevinden en overlapt gedeeltelijk het begrip levenstevredenheid.

In de literatuur kom je twee soorten geluk tegen: hedonistisch- en eudemonisch geluk.

Hedonistisch geluk staat voor de positieve effecten als gevolg van het verwerven van materiële objecten of plezierige ervaringen. Dit ligt dichterbij levenstevredenheid dan bij geluk.

Eudemonisch geluk, aan de andere kant, houdt in het in harmonie leven met iemands beste mogelijkheden en levensdoel. ( Eudemonisme wil zoveel zeggen als het streven naar geluk, een term uit het Grieks. In het Nederlands wordt ook het begrip geluksleer gebruikt.)

Terwijl sommige activiteiten aanleiding geven tot zowel eudemonisch als hedonistisch geluk, geven niet alle vormen van hedonistisch plezier aanleiding tot eudemonisch geluk.

In de literatuur vinden we drie relevante aspecten van geluk.

  1. subjectief welzijn is samengesteld uit zowel tastbare als niet-tastbare componenten.
    Aangetoond is dat niet-monetaire of niet-materiële zaken voor geluk ( zoals gezondheid, sociaal kapitaal en relationele goederen, huwelijkse staat en temperament ) zwaarder wegen dan geldelijke (zoals materiële omstandigheden of het niveau van besteedbaar inkomen).
    Verstoringen in de niet-monetaire domeinen van geluk hebben meer en een veelal permanente negatieve invloed in welbevinden dan verliezen/verstoringen in de geldelijke sfeer.
  2. het streven naar nut en optimaal nuttig zijn. De gangbare veronderstelling is dat dit streven bijdraagt aan menselijk geluk. Uit onderzoek blijkt dat het altijd maar (streven naar) verhogen van nut, niet bijdraagt aan verhogen van geluk.
  3. de relatie tussen geluk en inkomen. Die is er niet! Dat deze er niet is komt door twee oorzaken: één ervan is de sociale vergelijking en de andere de aanpassing van de verwachtingen.

 

Een aantal andere dingen zijn ook duidelijk.

  • Een verkorting van arbeidstijd draagt bij aan hogere niveaus van levenstevredenheid. Dat komt omdat er dan meer energie en tijd gestopt wordt in relationele, sociale activiteiten. De vrijheid in de zin van zelf je controlebevoegdheid over je tijd en leven hebben, heeft een duidelijke relatie met levenstevredenheid, meer zelfs nog dan gezondheid, werkgelegenheid, inkomen, huwelijk of religie. En dit over alle landsgrenzen heen en ook binnen de landen.
  • Inkomensongelijkheid heeft een zeer negatief effect op levenstevredenheid.
  • De aantasting van het leefmilieu verstoord het welzijn. Verschillende studies tonen aan dat slechte luchtkwaliteit bijvoorbeeld samengaat met lage scores van geluk.
  • Personen die hoog scoren op het belangrijk vinden van materiële zaken, zijn vaak minder tevreden met hun leven.
  • Televisie kijken onderdrukt de relationele activiteiten en die relationele activiteiten zijn een belangrijk onderdeel van geluk.

Wat is dan de relatie met degrowth?

Als degrowth gaat om een traject van meerdere acties en beleidsmaatregelen, die compenseren voor (mogelijke) negatieve effecten, kan dit het persoonlijk geluk waarschijnlijk niet in gevaar brengen.
Als degrowth een verbetering bewerkstelligt zoals de verdeling van vrije tijd, de toestand van stedelijk- en natuurlijk milieu, gezondheid, persoonlijke vrijheid en de kwaliteit van sociale relaties, zal het bijbehorende effect wel duurzaam en positief zijn.