45 Stadstuinen

dit is een persoonlijke samenvatting

Stadstuinen

Stadstuinen vormen een praktijk, waarbij mensen in steden sierplanten en voedingsgewassen telen. Het is een term die vaak door elkaar wordt gebruikt met stadslandbouw, hoewel de laatste meestal op een grotere schaal slaat.
Wat bekend staat als volkstuin werd in de 19e eeuw in Duitsland geboren als reactie op voedsel onzekerheid.

De talrijke voordelen van tuinieren zijn voor veel mensen duidelijk. Het helpt de uitstoot van broeikasgassen verlagen door het bevorderen van lokale, low-impact en verse voedselproductie voor nabijgelegen klanten. Tuinieren verbetert de ecologische kwaliteit van stedelijke buurten door het opvangen van plensbuien, het filteren van lucht en regenwater. Het remt stedelijke hitte-eilanden af, dient als afzetgebied voor stedelijk afval via gedecentraliseerde compostering en helpt om bodemerosie te voorkomen. Tuinen in de stad bieden ook groen voor kale achterstandswijken, al houdt het vergroenen van zo'n buurt met stadstuinen het risico in dat de wijk teveel in de lift komt. Als verse, aantrekkelijk geworden buurten in het vizier komen bij beleggers en duurder worden, moeten arme bewoners vaak verhuizen.

Vanuit sociaal oogpunt versterkt en vernieuwt tuinieren de relaties in de wijk, want tuinders zijn actief betrokken bij schoonmaak, productie en bijhouden. Zij versterken de banden tussen mensen en hun omgeving en geven een groter gemeenschapsgevoel. Ze delen verantwoordelijkheden en stellen zich een ander (dan speculatief) gebruik van het land voor (zie commons). Tuinen vergemakkelijken het netwerken, bevorderen interacties tussen groepen en ook plaatselijke trots en participatie van de burgers. Vanuit gezondheidsoogpunt bieden ze ontspanning, genezing en trauma-herstellende voordelen en bovendien recreatieve en vrijetijdsmogelijkheden voor bewoners, die anders misschien in hun eentje thuis zouden blijven.

Tenslotte, en misschien wel het belangrijkste van al, stadstuinieren gaat in tegen ongelijkheden in voedselvoorziening in de stad door betaalbare voedselbronnen te bieden aan bewoners met lage inkomens, die vaak in voedselwoestijnen leven.

Stadstuinen en degrowth zijn nauw verwant. Activisten houden zich vaak bezig met stadstuinen. Zij willen daarmee de waarde aantonen van kleinschalige, niet-commerciële, low-impact landbouw waarbij voedsel zo wordt geteeld dat de lokale bewoners ervan profiteren en deze betrokken raken bij de productie van levensmiddelen.
Het zijn gemeenschapsinitiatieven die een overgang naar een koolstofarme economie belichamen. Zij vormen een alternatief voor een ondernemingsgerichte, agrochemische, intensieve landbouw om geldgewin. Met stadstuinen vermindert de afstand tussen productie en consumptie van voedsel. Stadstuinen bevorderen directe relaties tussen producenten en consumenten en kunnen leiden tot wat sommige ‘burgerlandbouw’ noemen: de heraansluiting tussen boerderij, voedsel en de gemeenschap. Mensen zijn zich zo meer bewust van - en geïnteresseerd in - de herkomst en kwaliteit van hun voedsel, en willen ervoor zorgen dat boeren de controle hebben over de middelen en het proces van de productie. Deze interesse wordt geïllustreerd door de groeiende vraag naar boerenmarkten en voedselcoöperaties.